Overige

De toekomst van landelijk en agrarisch vastgoed en de invloed van corona

hans-peters-afbeelding-1021_450x320_fit

Hans Peters komt uit een grote agrarische familie. Vanuit Brabant verhuisde hij in 1991 naar de provincie Groningen, waar hij sinds 2012 samen met zijn broer het levenswerk van zijn ouders voortzet op een grootschalig melkveebedrijf in de plaats Bedum. Peters: ‘Ik vond het vroeger belangrijk dat ik iets studeerde wat ik leuk vond en daarna het werk doen wat ik leuk vind. Na mijn studie kwam ik al vrij snel bij een agrarische makelaarskantoor te werken, hier heb ik vervolgens drie jaar lang gewerkt, daarnaast heb ik de makelaardij opleiding gevolgd.’

Agrarische roots

Hans is sinds het najaar van 2010 lid van VBO. Sinds 2013 zit hij in het LAV bestuur en sinds 2016 bekleedt hij de functie van voorzitter. Het werk van het kanoor van Peters is landelijk. Peters legt uit: ‘Dat heeft een paar redenen, van oudsher zijn wij altijd actief geweest in de productierechten, maar nog belangrijker is onze emigratiepoot vanaf 2003.’ Q&Q Farming richtte zich vanaf de oprichting in 2003 vooral op emigratie van agrariërs naar nieuwe locaties in Europa, de VS en Canada. Peters Vastgoed ontstond zelfs een jaar eerder en is vooral actief als agrarisch makelaar, REV-taxateur en onteigenings- en productierechtenspecialist. Door de alsmaar wijzigende wet- en regelgeving en de uitbreiding van onze activiteiten zijn alle specialismen samengevoegd in Q&Q Business. Peters: ‘Hoewel onze roots duidelijk in de agrarische sector liggen, zijn we de laatste jaren ook meer en meer actief bij andere ‘algemene’ herbestemmingsprojecten.’ Hans is als adviseur en bemiddelaar vooral actief bij herbestemmingsactiviteiten, de aan- en verkoop van boerderijen, agrarische gronden en productierechten. De laatste jaren zijn er steeds meer vrijkomende agrarische bebouwingen gekomen in Nederland. Dit zijn de zogenaamde VAB-locatie. Peters: ‘Daarnaast is ons kantoor ook actief binnen bedrijfsmatig vastgoed. Een voorbeeld hiervan is de omvorming van bestemmingsplannen. Een bedrijventerrein dat wordt getransformeerd naar woningen bijvoorbeeld.’

Specialisten blijven noodzakelijk

Op de vraag hoe de LAV-markt zich in de toekomst zal gaan ontwikkelen antwoord Peters: ‘Ik denk dat waarbij huizen soms worden verkocht zonder de tussenkomst van een makelaar, dat dit bij LAV nog niet zo snel zal gebeuren, misschien wel voor woonboerderijen, maar voor het echte agrarische onroerend goed zul je toch altijd wel een gespecialiseerde makelaar/taxateur erbij moeten hebben, alleen al voor de specifieke kennis op sectorniveau.’ Het landelijk en agrarisch vastgoed is een heel gevarieerde, maar ook een specialistische markt, zo heeft Peters zelf te weinig knowhow van intensieve veehouderij. ‘Wij hebben zelf een melkveebedrijf, daar heb ik dus wel veel affiniteit mee,’ aldus Peters.

‘Voor het echte agrarische onroerend goed zul je toch altijd wel een gespecialiseerde makelaar/taxateur erbij moeten hebben, alleen al voor de specifieke kennis op sectorniveau.’

‘Voor het echte agrarische onroerend goed zul je toch altijd wel een gespecialiseerde makelaar/taxateur erbij moeten hebben, alleen al voor de specifieke kennis op sectorniveau.’

Het vertrouwen komt weer terug

De coronatijd heeft ongetwijfeld ook invloed op de werkzaamheden binnen de makelaardij. Wat is het meest opmerkelijke? Peters: ‘Wij hebben de contacten met oudere klanten tijdelijk vooruit geschoven, omdat dit nog wel een paar maanden later kon. Deze afspraken komen nu eigenlijk wel weer terug. Verder is het natuurlijk erg wennen geweest dat je klanten en collega’s minder vaak kan zien door de corona. Maar het aantal IC opnames is gelukkig flink gedaald en het vertrouwen komt weer terug.’ Als we tenslotte overgaan op de stikstofproblematiek en de uitkomsten van het rapport van de commissie Remkes is Peters heel helder: ‘Ik snap heel goed dat de boeren in opstand zijn gekomen, zij waren immers de mensen die als enige de zwarte piet toegespeeld kregen. De afgelopen maanden heb je kunnen zien hoe kraakhelder de lucht was, dit is in een tijd dat de agrarische sector gewoon zijn productie leverden. De luchtvervuiling kun je dus niet alleen aan de agrariërs toewijden.’

Deel dit artikel