Amsterdam wil eigenaren van leegstaande woningen verplichten om hun panden zo snel mogelijk weer bewoond te krijgen. Met dat plan wil het gemeentebestuur het aantal langdurig leegstaande panden terugdringen.
Amsterdam wil de huidige regels verder aanscherpen. Kortere leegstandstermijnen, hogere boetes en strengere regels moeten ervoor zorgen dat minder woningen leegstaan. Al deze maatregelen zijn verwerkt in een concept Leegstandsverordening 2022. De nieuwe Leegstandverordening 2022 gaat waarschijnlijk in op 1 september 2022.
Belangrijke wijzigingen zijn dat de gemeente bij bijvoorbeeld een langdurige renovatie kan vastleggen binnen welke termijn eigenaren hun woning geschikt moeten maken voor bewoning en hen kan verplichten om een bewoonbare woning binnen een bepaalde termijn voor een marktconform tarief aan te bieden. Laatstgenoemde maatregel moet voorkomen dat eigenaren hun woning te duur aanbieden, waardoor deze onnodig lang leeg blijft staan. Als de eigenaar niet voldoet aan de maatregelen, kan de gemeente een last onder dwangsom opleggen.
Eigenaren waren al verplicht om het bij de gemeente te melden als een pand langer dan 6 maanden leegstaat. De boete voor het niet melden van leegstand wordt nu verhoogd van € 5.000,- naar € 8.700,- voor professionele eigenaren. Voor niet-professionele eigenaren gaat de boete omhoog van € 2.500,- naar € 4.350,-.
Als een eigenaar leegstand meldt, volgt altijd een zogeheten leegstandsoverleg. Tijdens dit overleg spreken eigenaar en gemeente af hoelang de woning leeg mag staan. Dit overleg vindt voortaan binnen 2 maanden plaats, in plaats van de huidige 3 maanden.
Dit is niet de enige maatregel die Amsterdam wil invoeren. Zo is de gemeente van plan een opkoopbescherming in te voeren voor bestaande koopwoningen vanaf 1 april 2022. De koper moet zelf in het huis gaan wonen als de woning een WOZ-waarde heeft tot en met € 512.000,-.
Tot slot heeft de gemeente onderzoeklaten doen naar de Amsterdamse woonmarkt. In twee jaar tijd zijn zo’n tienduizend huizen van de koopmarkt naar het particuliere huursegment verschoven.
Het aantal koopwoningen is hierdoor sterk afgenomen, terwijl het aantal particuliere huurwoningen met bijna 12.000 is gestegen naar 137.400. Het aantal sociale huurwoningen van corporaties is gelijk gebleven. Er zijn meer mensen op een sociale woning aangewezen dan er huizen zijn. Uit het onderzoek blijkt dat de krapte op de woningmarkt vooral mensen met een laag of een middeninkomen treft.
Met de voorgestelde maatregelen wil de gemeente vooral deze groep gaan helpen. Met de opkoopbescherming denkt de gemeente 60 procent van de bestaande koopwoningen te beschermen.