De huizenprijsstijgingen van bestaande koopwoningen waren in het tweede kwartaal van 2022 minder groot, ten opzichte van een jaar eerder in bijna alle provincies. Het percentage in het tweede kwartaal van 2022, stond op 18,4 procent. Een kwartaal eerder was dit nog 20,3 procent. Zo blijkt uit onderzoek naar de prijsontwikkeling van bestaande particuliere koopwoningen in Nederland van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) en het Kadaster.
In bijna alle provincies vlakte de prijsstijging af. Alleen in Drenthe en Overijssel bleef de stijging achtereenvolgend gelijk. Verder was in de helft van de provincies de prijsstijging groter dan gemiddeld in Nederland. Met 21,7 procent was de prijsstijging opnieuw het grootst in Flevoland, terwijl in Zeeland de kleinste stijging was gemeten. De prijsstijging lag in Zeeland op een 16,1 procent.
Daling woningtransacties kleiner
Het aantal bestaande koopwoningen dat van eigenaar wisselde, bedroeg in het tweede kwartaal van 2022 circa 47.382. Dat was 10,2 procent minder, ten opzichte van een jaar eerder. In alle provincies lag het aantal woningtransacties in het tweede kwartaal lager dan een jaar eerder. De daling was het grootst in Limburg en het kleinst in Utrecht. In Limburg wisselden in het tweede kwartaal van dit jaar 16,8 procent minder woningen van eigenaar, terwijl in Utrecht het percentage op 2,8 procent lag. In vergelijking met het eerste kwartaal van 2022 nam in alle provincies het aantal transacties wel toe.
Meer appartementen verkocht in tweede kwartaal 2022
Alle woningtypen waren in het tweede kwartaal van 2022 duurder, ten opzichte van vorig jaar. De prijsstijging van vrijstaande woningen was met 19,2 procent het grootst. Van bijna alle woningtypen was het aantal transacties lager dan een jaar eerder. Uitzondering waren de appartementen. Hiervan zijn er ruim 1 procent meer van verkocht, ten opzichte van het tweede kwartaal van 2021.
