Voor het tweede kwartaal op rij was het aantal transacties van bestaande koopwoningen in Nederland lager dan een jaar eerder. In het derde kwartaal van 2021 zijn 13,4% minder bestaande koopwoningen van eigenaar gewisseld.
Bestaande koopwoningen in Nederland waren gemiddeld 17,5% duurder dan een jaar eerder. Het hoogst was de prijsstijging in Flevoland. Dit blijkt uit onderzoek van het CBS en het Kadaster.
In het derde kwartaal van 2021 noteerde het Kadaster 53.875 woningtransacties. Dat is 13,4% minder dan in het derde kwartaal van 2020. Tot en met het derde kwartaal 2021 zijn ruim 173.000 bestaande woningen verkocht. Dat is bijna 3% meer dan in dezelfde periode van 2020. En tevens het op een na hoogste aantal in de eerste drie kwartalen samen sinds de start van de statistiek in 1995. Alleen in de eerste drie kwartalen van 2017 lag het aantal transacties hoger (bijna 176.000).
Ook werd er ingezoomd op de maand september: het Kadaster maakte bekend dat het in september 17.575 woningtransacties registreerde. Dat is bijna 15% minder dan een jaar eerder. Bestaande koopwoningen waren in september 18,5% duurder dan een jaar eerder. Dat is de grootste prijsstijging na juli 2000. De prijsstijging zwakte in 2019 wat af, maar trok daarna steeds verder aan.
In alle provincies werden er in het derde kwartaal van 2021 minder bestaande koopwoningen verkocht dan een jaar eerder en lagen de prijzen meer dan 15% hoger. De daling van het aantal transacties was met 6,9% het kleinst in Flevoland en met 20,4% het grootst in Overijssel. Flevoland noteerde met 21,9% de hoogste prijsstijging en dat was voor het vierde kwartaal op rij.
Van de vier grootse steden in Nederland was alleen in Utrecht de prijsstijging met 18,9% groter dan gemiddeld in Nederland. Net als in de rest van Nederland werden ook in alle vier de grote steden minder woningtransacties geregistreerd dan een jaar eerder. Het grootst was de daling in Rotterdam met 18,5%.
In het derde kwartaal lag voor alle woningtypen het aantal transacties lager dan een jaar eerder. Het grootst was de daling bij de twee-onder-een-kapwoningen (-17,9%). De daling was het kleinst voor de appartementen (-1,5%). Appartementen waren een kwartaal eerder nog de enige woningen waarvan het aantal transacties hoger lag dan een jaar eerder.
Alle woningtypen waren in het derde kwartaal van 2021 duurder dan een jaar eerder. Met 17,9% was de prijsstijging het grootst voor twee-onder-een-kap-, hoek- en tussenwoningen. Het kleinst was de stijging voor appartementen (15,6%).