Actualiteiten

ING Woonbericht: Moeilijkere positie starters op de woningmarkt

86-153_680x520_fit

Het vertrouwen in de woningmarkt is licht gedaald. De voornaamste reden voor de lichte daling in het eerste kwartaal is dat voor minder respondenten het een gunstige periode is voor de aankoop van een huis.

Het vertrouwen in de woningmarkt is licht gedaald. Dit blijkt uit de ING WoonIndex van het eerste kwartaal 2017. De ING WoonIndex komt in het eerste kwartaal 2017 uit op een stand van 113 punten. In het vierde kwartaal 2016 stond de graadmeter van de Woningmarkt op 115 punten. De voornaamste reden voor de lichte daling in het eerste kwartaal is dat voor minder respondenten het een gunstige periode is voor de aankoop van een huis. Toch zijn huizenbezitters nog steeds positief over hun kansen op de woningmarkt. De stijgende lijn in de verwachting van de huizenprijzen zet ook dit kwartaal door. Bijna negen op de tien koopwoningbezitters verwacht een stijging van de huizenprijzen. Koopwoningbezitters zijn onveranderd optimistisch. Starters krijgen het daarentegen moeilijker op de woningmarkt.

Starters in de knel
Starters van nu hebben het in vergelijking met de generatie voor hen (starters die langer dan 20 jaar geleden een eerste huis kochten) een stuk moeilijker op de woningmarkt. Ondanks de historisch lage rente, liggen de woonlasten (als % van hun inkomen) van de huidige starters hoger dan 20 jaar geleden. Daarnaast konden de starters van toen een hypotheek van meer dan 100% van de woningwaarde afsluiten. Ruim een derde (32%) deed dat toen ook. Zo konden starters destijds met een lager inkomen en met een lagere opleiding eenvoudiger de woningmarkt betreden. Ook met veel minder hulp van hun ouders en zonder al te veel concessies te hoeven doen aan hun woonwensen.

Hoger opgeleid
De starters van nu zijn vaker hoger opgeleid en hebben een relatief hoog inkomen. Ze moeten nu flink wat eigen middelen meenemen voor de financiering van de overige kosten van een hypotheek. Bijna 50% van de starters heeft te weinig geld beschikbaar om de bijkomende kosten voor het financieren van de woning te betalen. Ze hebben twee keer zo vaak financiële hulp nodig voor de aankoop van de eerste woning dan de generatie voor hen. 20% van de starters geeft aan niet de mogelijkheid te hebben om meer dan 2.500 euro per jaar te sparen. Dat is ongeveer nodig om een gemiddelde woning te kunnen kopen en de jaarlijkse verlaging van de maximale hypotheek op te vangen met eigen geld. Daarnaast is het voor de starter van nu niet meer mogelijk om meer dan 101% van de woningwaarde te financieren.

Goede investering met de hulp van (schoon)ouders
60% van de starters vindt de aankoop van een huis een goede belegging. De lage rente helpt hier ook bij. Echter bij de zoektocht naar een woning is het voor één op de drie starters niet mogelijk om een redelijke koopwoning te verkrijgen. Starters blijven daardoor langer huren of doen bij de aankoop eerder concessies door bijv. te kiezen voor een kleiner woonoppervlak of bijv. geen balkon en/of geen tuin. Starters van nu hebben nu twee keer zo vaak hulp nodig bij de aankoop van hun eerste woning: Ruim een derde van de starters kan hulp krijgen bij de aankoop van de eerste woning. Van degene die hulp kunnen krijgen, is dat bij zeven op de tien starters in de vorm van een schenking of lening van de (schoon)ouders of staan de ouders garant.
Wim Flikweert, Manager Hypotheken: “In vergelijking met de vorige generatie hebben starters met een modaal inkomen het momenteel moeilijker om de woningmarkt te betreden. Een koopwoning wordt steeds meer iets voor de happy few. Dit geldt vooral voor de grote steden. Starters van nu kunnen steeds minder lenen ten opzichte van de woningwaarde. Als de maximale financiering in de toekomst nog verder naar beneden zou gaan, wordt dit probleem alleen maar groter. Het zou helpen als de druk op de woningmarkt af zou nemen door het vergroten van het woningaanbod, maar het is maar zeer de vraag of dat in voldoende mate gaat gebeuren.”

Koopwoningbezitters onverminderd optimistisch
In vergelijking met de starters zijn de koopwoningbezitters momenteel optimistisch. Ruim 4 op de 10 koopwoningbezitters zegt tussentijds te hebben afgelost op de hypotheek. Dit aantal was nog nooit zo hoog. Daarnaast overwegen momenteel meer koopwoningbezitters om af te lossen op hun hypotheek. In vergelijking met het eerste kwartaal van 2016 is er in het eerste kwartaal van 2017 een forse stijging te zien. Samenhangend met het groeiende optimisme verwachten de koopwoningbezitters dat het momenteel makkelijk is om hun huis te verkopen. Gemiddeld is de verwachting dat het huis binnen 5,4 maanden verkocht is. Dit aantal maanden was nog nooit zo laag sinds de start van de Woonindex in 2006.

(bron: ING)

Deel dit artikel